Beëindiging distributieovereenkomst niet rechtsgeldig; voortzetting gelet op de gerechtvaardigde belangen van de distributeur

Auteur: Romée Reitsma

Sinds 1978 bestaat tussen (de rechtsvoorganger van) Duomed The Netherlands B.V. (‘Duomed’) als distributeur en (de rechtsvoorganger van) Fujifilm Europe GmbH als leverancier een distributierelatie. In 2011 zijn de distributie overeenkomsten voor de Nederlandse markt overgenomen door Fujifilm Europe B.V. (‘Fujifilm’). Tot 2013 werkten partijen op basis van contracten die automatisch werden verlengd voor onbepaalde tijd. Vanaf 2013 sloten partijen overeenkomsten voor bepaalde tijd (van telkens twee jaar). De meest recente distributieovereenkomst tussen partijen is (met terugwerkende kracht) tot stand gekomen op 1 april 2021.

Op 19 december 2022 stuurt Fujifilm een e-mail aan Duomed met de volgende (in het Engels vertaalde) inhoud: ‘(…) The current distribution agreement ends on 31 March 2023. As indicated in my e-mail to [colleague], we send you this e-mail to start talks on the next steps. However, we are very sceptical on the basis of these talks. There does not seem to be a plan, there is no significant increase of the market share (…), but – instead – a downward spiral (…). If Duomed NL is interested in a new distribution agreement, we expect a solid plan (with guarantees) as a minimal basis for these talks. (…)’     

Tijdens een bespreking op 8 maart 2023 stelt Fujifilm Duomed op de hoogte van haar voornemen geen nieuwe distributieovereenkomst aan te gaan. Dit wordt twee dagen later schriftelijk (per e-mail) bevestigd door Fujifilm. Anders gezegd: Fujifilm informeert Duomed op 8 maart 2023 dat de distributieovereenkomst zou eindigen per 31 maart 2023.

In mei 2023 heeft Duomed een kort geding aanhangig gemaakt bij de voorzieningenrechter in het Netherlands Commercial Court (NCC). Hierin vordert zij onder meer dat Fujifilm wordt bevolen om de distributierelatie voort te zetten voor een periode van 18 maanden. De voorzieningenrechter laat in het midden of gesproken kan worden van een overeenkomst voor onbepaalde tijd nu diverse contracten voor bepaalde tijd achtereenvolgens tot stand zijn gekomen.

De voorzieningenrechter overweegt dat zowel waar het betreft distributieovereenkomsten voor onbepaalde tijd als distributieovereenkomsten voor bepaalde tijd, een partij zijn gedrag mede moet laten bepalen door de gerechtvaardigde belangen van zijn wederpartij (zoals volgt uit het arrest van de Hoge Raad van 19 oktober 2017, ECLI:NL:HR:2007:BA7024). De voorzieningenrechter oordeelt dat Fujifilm niet met de gerechtvaardigde belangen van Duomed rekening heeft gehouden. In deze zaak, aldus de voorzieningenrechter, is het gerechtvaardigd om een verplichting aan te nemen voor Fujifilm om Duomed ondubbelzinnig en tijdig te waarschuwen als zij geen nieuwe distributieovereenkomst zou willen aangaan na het vervallen van de distributieovereenkomst uit 2021. Fujifilm heeft dat niet gedaan. Deze schending van de waarschuwingsplicht rechtvaardigt dat Fujifilm de distributieovereenkomst van 1 april 2021 voort dient te zetten voor een periode van zes maanden met ingang van de datum van het vonnis in kort geding.

ECLI:NL:RBAMS:2023:4109